Jorrit

JorritHet is eind oktober 2007 als het zusje van Jorrit, Douwina, naar het ziekenhuis moet. Twee weken later horen Jorrit en zijn ouders dat ze neuroblastoom in stadium 4 heeft. Dat is een hele schok. Opeens heeft Jorrit een zusje met kanker. “We konden goed met elkaar opschieten, al was Douwina natuurlijk nog maar klein. Ze was nog maar 5 jaar toen we hoorden dat ze ziek was. We speelden vaak samen met de autootjes door de kamer. Soms speelden we ook met haar poppen. Dat weet ik nog goed.”

Er volgt een periode van veel ziekenhuisbezoek. Douwina krijgt chemokuren om de ziekte te lijf te gaan. In de zomer van 2008 is de situatie erg spannend, maar in augustus gaat het beter. Jorrit weet van die periode dat hij vaak bij Douwina in het ziekenhuis was. Maar ook was hij vaak alleen of bij de buren. “Daar was ik dan tot mijn ouders weer thuis kwamen. Dat was soms heel laat in de avond. Leuk was dat niet, maar het kon niet anders.”

Omdat Douwina ziek is krijgt de familie zo nu en dan een uitstapje aangeboden. Daar genieten ze volop van. Ze zijn blij met de leuke momenten, zo hoeven ze niet steeds aan de ziekte te denken.

Eind februari 2009 krijgt het gezin goed bericht. De kuren hebben hun werk gedaan en Douwina is kankervrij. Natuurlijk moet ze onder controle blijven, maar Jorrit en zijn familie gaan een heerlijke zomer tegemoet zonder al te grote zorgen. Maar als de zomer ten einde loopt en de scholen weer beginnen, komen de klachten weer terug. In november 2009 horen ze dat de kanker weer terug is en dat de artsen Douwina niet meer kunnen genezen. “Ze gaven haar maar een paar weken, maar ze heeft het toch nog wat langer volgehouden. Ik weet niet alles zo goed meer. Maar wel dat ze thuis was en op zo’n ziekenhuisbed lag. Ik vond het erg dat ze ziek was. En aan de andere kant was ik ook blij dat ze thuis was. Daardoor konden we nog veel samen zijn.”

In de ochtend van 6 maart 2010 overlijdt Douwina rustig in haar slaap. “Het was heel vreemd. Het ene moment leefde ze nog en het volgende moment was ze weg. Ja, ze lag er nog wel, maar toch ook niet. Heel vreemd.”

Jorrit herinnert zich nog wel het één en ander van de begrafenis. “Ik heb eerst thuis afscheid van haar genomen. Ze werd met de begrafenisauto naar het Zalencentrum gebracht. Daar waren een heleboel mensen. Ik wilde niet vooraan staan met het handjes schudden, dus ik mocht bij familie zitten. Daarna brachten we haar naar de begraafplaats. Het ergste vond ik dat de kist de grond in ging. Eerst ging iedereen weg. We bleven met het gezin achter. Toen lieten ze de kist langzaam zakken. Dat vond ik heel erg. Toen was ze echt weg.” Achteraf is hij wel blij dat het zo ging; dat hij het toch echt heeft zien gebeuren en dat hij haar niet boven de grond achter moest laten.

Jorrit zelf is dan 9 jaar en zit op de basisschool. Na het overlijden van zijn zusje gaat hij eerst weer halve dagen, maar al snel weer hele dagen naar school. Hij wil zo snel mogelijk weer gewoon naar school. Het gaat echter niet heel goed. Uiteindelijk krijgt Jorrit het advies om overgeplaatst te worden naar een school voor speciaal onderwijs. Gelukkig loopt dat anders. Voor Jorrit wordt een plekje gevonden op een andere basisschool, waar hij groep 7 en 8 doorloopt.

Na de basisschool gaat Jorrit naar het voortgezet onderwijs, maar komt daar moeilijk tot zijn recht. Hij maakt er naar eigen zeggen ‘een potje’ van. “Ik heb de boel daar flink verkloot.” Hij moet naar een school voor voortgezet speciaal onderwijs. Daar zit hij nu nog steeds. “In het begin ging het daar ook niet goed. Ik kon er niet tegen als ze te pas en te onpas het woord kanker gebruikten. Dan mepte ik erop.” Jorrit zit dan nog steeds vol boosheid. “Waarom moest Douwina dood? Waarom niet een ander, dan had ik er tenminste geen last van. Dat is niet eerlijk misschien, maar zo voelde ik het wel.”

Jorrit concludeert zelf dat het zo niet verder kan. “Ik wilde automonteur worden en dan kom je er niet als je steeds problemen blijft geven.” Hij besluit dat het tijd wordt om het verlies van zijn zusje een plek te geven. Dat hij los moet komen van de boosheid. “Mensen vragen vaak als eerste of je ook broertjes of zusjes hebt. Wat moest ik zeggen? Nee, niet meer? Dan krijg je ook van die vreemde gezichten.”

Jorrit heeft geen broertjes of zusjes meer. Inmiddels kan hij er goed over praten. Hij is nu 15, bijna 16. Hij mist Douwina iedere dag. Maar hij heeft ook een doel voor ogen. Hij wil automonteur worden. Daar past geen ‘fout’ gedrag meer bij, dan gaat het niet lukken. En dat doel helpt hem het verlies van zijn zusje een plek te geven.

 

Reacties

  1. Elisabeth van der Heide 25 maart 2016 at 09:26

    Dappere Jorrit. Jij komt er wel. Je was er altijd voor Douwina*. Een enorm lieve broer. Begrijpelijk dat je boos was. En dan nu op weg naar de toekomst die jij voor ogen hebt.. Respect !. Groetjes uit Pingjum.

  2. Peter Visser 25 maart 2016 at 10:09

    Ik ken Jorrit. Een goeie jongen, die bezig is om zijn toekomst vorm te geven. En dat gaat hem lukken ook!

  3. Sybrig Martens 25 maart 2016 at 11:37

    wat goed om te lezen Jorrit… ik jou oan in protte bern les en dan hear ik ek wol’ris dat se ek in famyljelid misse. ik luk dan tink ik ek altyd in oar (frjemd) gesicht, want it went net sokke ferhalen. ik fyn it fijn as bern dat toch sa sizze, want dat stik heart toch by harren, Dus toch mar neamme: ik ha in suske, mar se ferstoarn yn 2010. Do kinst my net mear foar my krije tink ik, mar ik ha wol’ris mei dy praat yn Skearnegoutum. ik hie doe sterk it idee: dy jonge komt der wol…

  4. Michel Huizenga 25 maart 2016 at 11:48

    jorrit is nieuwsgierig aangelecht heb ik gezien en berijd nieuwe dingen te leren . een sterke jongen die het nog ver gaat schoppen

  5. Hiltje Sikkema 25 maart 2016 at 12:03

    Als inwoner van St. Nyk heb ik natuurlijk wel gehoord van het gebeuren in deze familie, maar hoe het voor hen is, om mee te maken, weet je natuurlijk niet. Heftig voor een jochie van zijn leeftijd, en de frustratie is begrijpelijk. Dapper van je om hier je verhaal te vertellen. Respect!

  6. Lisette Schreurs-vanderhorst 25 maart 2016 at 12:51

    Jorrit, je bent een kanjer. Tijdens ons verblijf op de camping heb ik je zien groeien naar een gezonde knul, met humor, inzet een groot portie doorzet vermogen. Je komt er wel!! En natuurlijk heb je het verlies van je zusje eerst een plekje moeten geven. Dat gaat niet vanzelf, en ook niet van de een op de andere dag. Je zit op de goede weg. Super!!

  7. Baukje de Groot 25 maart 2016 at 12:52

    Ik kin dy net persoanlik, mar ik lês sa no en dan wol wat fan dy op Facebook via dyn Pake en Beppe út Skearnegoutum!! Ik tink dat der wol wat dyn paad komt Jorrit!

  8. Bram Langeraap 25 maart 2016 at 14:40

    jorrit je haalt het komt goed

  9. Rennie Hoekstra 25 maart 2016 at 14:46

    Leave Jorrit, hast it mooi omskreaun en ik bin hiel bliid dat it no goed mei dy giet, dast in doel hast. Ik fyn it mooi dat we noch kontakt ha!

  10. Wieb Bos 25 maart 2016 at 18:26

    Mooi verhaal geworden. Het gaat weer terug in de tijd Hoe jorrit het zag. Knap zoon dat jij nu zo in het leven staat .Als moeder is dit verhaal heel mooi nu weet ik meer van jou, blj dat je er zo open over bent. Topper .

  11. Thea Zandstra 25 maart 2016 at 21:29

    mooi verwoord jorrit, zo heb jij het beleeft, Douwina zou trots zijn op zo’n grote broer. Je doet het SUPER

  12. Baukje Van de Bij 25 maart 2016 at 22:07

    Mooi verwoord Jorrit respect…het komt goed met jou met Douwina in je ❤️

Laat een reactie achter bij Meriyem Manders Reactie annuleren

Your email address will not be published. Required fields are marked *

You may also like